the central coherence account of autism revisited: Evidence from the ComFor study
volgens het central coherence account hebben mensen met autisme de neiging zich te concentreren op lokale in plaats van globale verwerking. Er is echter grote controverse over de plaats van de zwakke drang naar centrale samenhang. Sommige studies ondersteunen verbeterde bottom-up verwerking, terwijl anderen beweren verminderde top-down feedback. De resultaten van de normalisatiestudie van de ComFor – een klinisch instrument voor de indicatie van augmentatieve communicatie, gebaseerd op het centrale coherentieverslag – werden in het perspectief van dit debat herzien. Honderd vijfenvijftig personen met een verstandelijke beperking en de autistische stoornis werden individueel geëvenaard met 155 personen met een verstandelijke beperking zonder de autistische stoornis volgens hun niveau van het dagelijks leven vaardigheden. De bevinding dat individuen met de autistische stoornis een hogere discrepantie vertonen tussen de presentatie–en representatiescores van de ComFor is consistent met verwachtingen op basis van de centrale coherentietheorie, maar bepaalt niet of dit te wijten is aan verbeterde bottom–up of verminderde top-down verwerking. Analyses op itemniveau tonen echter aan dat een verbeterde lokale verwerking het duidelijkst naar voren komt bij die items waarbij het vaststellen van betekenis (globale verwerking) niet ondersteunend is, wat suggereert dat een verbeterde bottom–up verwerking en een verminderde wereldwijde feedback met elkaar verbonden zijn.