cognitief-Opwindingstheorie van emotie

Reisenzein bespreekt Schacter ‘ s cognition-arousal theory of emotion. Deze theorie stelt in principe dat opwinding, en het cognitieve bewustzijn van die opwinding, is wat emotionele intensiteit bemiddelt. Reisenzein levert empirisch bewijs dat aantoont dat de opwinding en emotie link niet direct verbonden zijn. Opwinding kan zeker een terugkoppelingslus creëren waar emotie wordt geïntensiveerd, maar opwinding zelf, of het ontbreken daarvan, is geen directe indicator van emotionele toestand.

dit is direct relevant voor therapeuten omdat de mate van opwinding van cliënten binnen de therapeutische context niet noodzakelijk indicatief is voor hun emotionele toestand. Men bedenkt vaak van opwinding en de resulterende emotionele expressie in counseling sessies op het klassieke voorbeeld van direct bewijs van de emotionele toestand van een cliënt zoals wordt weerspiegeld in de rest van hun leven. Maar begeleiders moeten zich ervan bewust zijn dat emotionele toestanden misschien niet verschijnen in duidelijke vormen van opwinding, en toch kunnen ze nog steeds belangrijke causale invloeden hebben op het leven van een cliënt. In zekere zin is dit parallel aan het oude idee dat emoties vaak onbewust kunnen zijn en toch een belangrijke causale kracht kunnen hebben.

Reisenzein, R. (1983). De Schachter theorie van emotie: twee decennia later. Psychological Bulletin, 94 (2), 239.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.